Schriftelijke vragen over opschalen windmolens
De VVD heeft schriftelijke vragen gesteld naar aanleiding van een recent aantal aanvragen voor omgevingsverguningen voor het opschalen van windturbines in onder andere Sudwest Fryslân.
De door PS op 25 juni vastgestelde verordening Romte vermeldt onder meer in hoofdstuk 9 artikel 9.2 over Opschalen bestaande windturbines onder 9.2.1.:
Een ruimtelijk plan mag geen regeling bevatten op grond waarvan bestaande windturbines kunnen worden vervangen, anders dan door turbines met dezelfde masthoogte en wiekdiameter, op dezelfde locatie.
In dezelfde PS vergadering zegde Gedeputeerde Konst bij dit agendapunt toe dat aan projecten op het vaste land niet vooruitlopend op nog vast te stellen windbeleid en de aanpassing van de verordening zal worden meegewerkt. Op basis van deze toezegging trok de VVD een daartoe strekkend amendement in.
Bij de gemeente SW Fryslan zijn recent enkele aanvragen voor omgevingsvergunningen ingediend voor opschalen van windturbines o.a Burgwerd, Kloosterweg 9 Hichtum, Sieswerd
Burgwerd, Hemert 13 Bolsward, Fadershofstee
Hieronder de vragen:
1. Is u bekend dat er vergunningen zijn aangevraagd en eventueel zelfs vergund om bestaande windmolens in SW Fryslan te vervangen? Zo ja, hoe en wanneer bent u hierover geïnformeerd? Zo nee, wat is de reden ervan dat de Provincie Fryslân hiervan niet op de hoogte was?
2. Zijn er naast deze gemeente ook andere Friese gemeenten waarbij vergelijkbare vergunningen zijn aangevraagd en eventueel ook afgegeven?
3. Kunt u aangeven om hoeveel vergunningen het gaat; graag met een lijst van alle verschillende vergunningen met naam en plaats van molens, en per oude en nieuwe molen hoeveel MW dit betreft, welke masthoogte en wiekdiameter en datum van installatie?
4. Wat heeft de provincie er aan gedaan en wat gaat zij op welke termijn nog doen om deze opschaling te voorkomen?
5. Wat zijn mogelijke gronden voor een gemeente, dan wel andere overheid om de gevraagde vergunning te weigeren?
6. Op welke wijze controleert de provincie of na de verlening van deze omgevingsvergunningen deze windmolens worden vervangen door windmolens met dezelfde masthoogte en wiekdiameter, op dezelfde locatie zoals voorgeschreven door de Verordening Romte?
7. Is u bekend of bedoelde vergunningen voor het vervangen van windmolens alleen om subsidieredenen zijn aangevraagd en niet omdat de molen technisch dan wel economisch is afgeschreven? Als dat aan de orde zou zijn, wat vindt u daar dan van?
8. Is het mogelijk om een SDE+ subsidie te ontvangen voor het vervangen van windmolens die technisch en economisch nog goed functioneren en niet toe zijn aan afschrijving?
9. Is u bekend of de windmolens die nu vervangen worden naar het buitenland geëxporteerd worden omdat zij economisch en technisch nog niet zijn afgeschreven en krijgen deze windmolens in dat geval ook nog subsidie om aan het buitenland verkocht te worden?
10. In hoeverre acht u deze beweging van het plots vragen om opschaling door windinvesteerders het gevolg van de weerstand van omwonenden tegen nieuwe windturbines, zoals aangetroffen bij de recente draagvlakonderzoeken?
11. Is een meewerken vanuit de Provincie aan bovengenoemde opschaling vooruitlopend op het nog vast te stellen windbeleid in lijn met bovengenoemde toezegging van gedeputeerde Konst?