Logo

Lelylijn: democratisch helemaal oké

Logo

Gedeputeerde Avine Fokkens (VVD) zette zich twee jaar lang actief in om de Lelylijn op de politieke agenda te krijgen. In dit artikel reageert ze op de kritiek dat de Lelylijn slecht 'een bestuurlijk feestje is'.

Wat een geweldig nieuws bij de presentatie van het regeerakkoord: na twee jaar hard lobbyen de Lelylijn in het regeerakkoord! Natuurlijk, we zijn er nog niet, maar het begin is er. Complimenten dat politiek Den Haag ambitie, durf en visie toont om ervoor te gaan.

Maar iets moet me toch van het hart. Ik lees en hoor met enige regelmaat dat de Lelylijn een bestuurlijk feestje is, zonder democratische legitimatie. Kun je dat volhouden nu de kiezer al twee keer over de wenselijkheid van de Lelylijn kon stemmen?

De democratische steun voor de Lelylijn is bijzonder groot. Zowel in de landelijke volksvertegenwoordiging (Tweede Kamer) als in de provinciale volksvertegenwoordiging (Provinciale Staten). Gekozen volksvertegenwoordigers. Daarmee is de democratische legitimatie staatsrechtelijk gezien een feit.

Strikt genomen is daar in ons land geen steun van kiezers voor nodig, ook al klinkt dat heel erg ondemocratisch. Volksvertegenwoordigers stemmen zonder “last”, zegt de wet. Dat betekent dat ze helemaal zelf, onafhankelijk, mogen bepalen hoe ze het algemeen belang willen dienen. Ze hoeven zich niet aan een partijprogramma te houden, of aan een uitspraak van de kiezers. Zo is dat (grond)wettelijk geregeld, wat je daar ook van vindt.

Veel beter is het natuurlijk als volksvertegenwoordigers wél conform stembusuitslagen handelen. En dat is gelukkig met de Lelylijn ook het geval. De spoorverbinding kreeg afgelopen voorjaar veel aandacht in de verkiezingscampagne en stond genoemd in een reeks partijprogramma’s. Media berichtten er uitvoerig over. De kiezer kon weten waarop hij stemde. En hij gaf de partijen die in min of meerdere mate pro-Lelylijn zijn een dikke meerderheid in de Tweede Kamer.

Hoe groot de support in de Kamer is bleek vorige maand nog, toen PvdA’er Habtamu de Hoop een motie in stemming bracht waarin hij het kabinet vroeg alvast voorbereidingen te treffen voor de noodzakelijke besluitvorming.

De coalitie/regeringspartijen stemden tegen; zij waren immers nog in onderhandeling. Maar wie stemden al wel vóór? Op PVV en BBB na de complete oppositie: PvdA, GroenLinks, SP, PvdD, FvD, Denk, Groep Van Haga, Ja21, SGP, Volt, Fractie Den Haan en Omzigt.

Dat het in Den Haag snor zit zagen we ook in de vorige Tweede Kamer. Liefst 130 Kamerleden steunden december vorig jaar de motie Amhaouche (CDA), die de regering om een Deltaplan voor de noordelijke provincies vroeg, met de Lelylijn als drager. Dat is democratische legimitatie.

De opstelling van de rijksoverheid is van doorslaggevend belang. Het is tenslotte de landelijke overheid die bevoegd is om tot aanleg van de Lelylijn te besluiten, niet provincie- of gemeentebesturen.

In Fryslân is er ook op provinciaal niveau democratische legitimatie. Voorjaar 2019 waren er verkiezingen voor het provinciale parlement. Meerdere partijen noemden een snelle spoorlijn (soms nog Zuiderzeelijn genoemd) in hun programma. Vervolgens sprak de kiezer. De partijen-met-spoor kregen ook hier een meerderheid van de zetels.

Na die verkiezingsuitslag is in het provinciale regeringsakkoord (‘Bestuursakkoord’) geschreven dat de Lelylijn op langere termijn moet worden aangelegd. Gesteund door een meerderheid van de Friese volksvertegenwoordiging.

In het Provinsjehûs was die keuze niet nieuw. Ook de provinciale volksvertegenwoordiging die in 2015 voor een periode van vier jaar werd gekozen wilde de Lelylijn, zo bleek bij stemming over de motie-Pool (VVD) in februari 2019: 34 stemmen voor, 7 tegen.

Dus hoezo zou de Lelylijn democratische legitimatie missen? Volksvertegenwoordigers en kiezers hebben één en andermaal gesproken. Het kan nauwelijks beter. Hoezo bestuurlijk feestje?

De kiezer heeft zich laten horen, maar is natuurlijk niet uitgesproken. Met de gang naar de stembus is slechts één rol van de burger genoemd. In wat volgt zal hij opnieuw aan het woord komen. Denk bijvoorbeeld aan officieel geregelde inspraak over de uitwerking van de plannen: de aanleg van het spoor, nieuwe treinstations en de impact van de lijn op landschap en economie, leefbaarheid en natuur.

Die zaken zijn nu nog niet aan de orde. Maar dat komen ze ongetwijfeld wél dankzij het nieuwe ‘regeerakkoord’. Democratisch helemaal oké.